Onze website maakt gebruik van cookies om uw ervaring te verbeteren en te personaliseren en om advertenties weer te geven (indien aanwezig).
Door de website te gebruiken, geeft u toestemming voor het gebruik van cookies.

Nieuws

DE R.A.I. UIT 1969

Wij schrijven 1907: Auto’s waren alleen maar voor hen die zo’n ding konden onderhouden. Maar de gelukkige bezitters waren goede klanten van de garages.

DRIEKWART EEUW OP DE BRES VOOR ALLES WAT WIELEN HEEFT

Op het ogenblik rijzen de autorijscholen als paddenstoelen uit de grond. Begin deze eeuw waren het de wielrij- of rijwielscholen – net wat u wilt -, die enorme furore maakten. U kon er leren op- en afstappen, tegentrappen en rijden met één hand.

 ’t Is gek, maar in de tweede helft van de negentiende eeuw was de fiets haast onbekend. Totdat omstreeks 1869 ene meneer Burgers uit Deventer op het lumineuze idee kwam een fiets te fabrieken. Hij gaf daarmee, heel ongewild overigens, de eerste stoot tot de grote populariteit die het rijwiel op het ogenblik bezit.

Deze stormachtige ontwikkeling van de fiets is verder de aanleiding geweest tot het ontstaan van de “ Rijwiel en Automobiel-Inrichting” , kortweg R.A.I. genoemd. Deze organisatie bestond 17 december jl.driekwart eeuw. 75 jaar, waarin de R.A.I. zich een waardig propagandiste toonde voor alles wat maar door wielen werd voortbewogen. Voor ons was dit aanleiding om in de vogelvlucht de gigantische groei van deze organisatie in een artikel te comprimeren.

Verkoopbevordering bestond vroeger ook al. Want toen de fiets meer in zwang kwam, realiseerden de fabrikanten van fietsen zich deksels goed, dat het maken van fietsen niet alleenzaligmakend was . Een goede propaganda voor dit gekke,
tweewielige vehikel was minstens zo belangrijk als het produceren ervan. Op 17 december 1893 werd de Nederlansche Vereniging “ De Rijwiel Industrie” opgericht in het Haagsche Koffiehuis in Utrecht. Initiatiefnemer was de Rotterdamse rijwielfabrikant Bayer die dolgraag wilde, dat er eens een nationale rijwieltentoonstelling zou komen. De kogel was door de kerk, want op 3 februari 1895 opende de Rijwiel Industrie haar poorten in het imposante Paleis voor Volkvlijt in Amsterdam.

Verschillende merken waren er te zien, zoals de Aeolus, Fongers, Siplex en Tweespraak. De animo voor de expositie was maar zo-zo, waardoor de piepjonge verenging het niet aandurfde een tweede tentoonstelling op te zetten. Er zingen heel wat jaartjes voorbij, voordat er weer een goed georganiseerde manifestatie werd gehouden. Pas in 1897 haalde een Amsterdamse rijwielhandlaar, J. Leonard Lang , de vereniging uit het slop. Hij riep dertien leden van de bijna ter ziele gegane “Rijwiel-Industrie” bijeen om een nieuw bestuur te kiezen en de organisatie nieuw leven in te blazen.

Weergaven: 97

DE R.A.I. UIT 1969

You cannot copy content of this page